Hoewel het vijfde toernooi om het clubkampioenschap oplossen slechts vijf deelnemers kende, was het kwalitatief sterk bezet. Drie spelers uit het eerste achttal, titelverdediger en drievoudig winnaar van dit evenement Gert Reichardt, Stephan Paternotte en Lucas van Mil die in dit toernooi debuteerde. Het kwintet werd volgemaakt door ervaren oplosser Jan Snijders en gast Lars Slofstra.
Drie van de vier voorgaande edities van het COTH (Club OplosToernooi Hoogland) werden een prooi voor Gert Reichardt, die ook nu weer de topfavoriet was bij de bookmakers. Deze keer echter diende hij het hoofd te buigen voor Stephan Paternotte. Het was het eerste kampioenschap in deze discipline voor de voorzitter, die daarmee de beker voor een jaar in zijn bezit kreeg. Uittredend kampioen Gert werd tweede en Lars mocht de bronzen medaille mee naar huis nemen. Daarmee stond hetzelfde trio op het podium als het vorige jaar, alleen nu met Stephan op de hoogste tree. Lucas werd vierde, Jan vijfde.
Uit de tabel (zie hieronder) blijkt dat het vooral de problemen uit het middenrif waren – de opgaven 4 tot en met 7 – die het de deelnemers moeilijk maakten. Als selecteur van de problemen had ik dit voor de opgaven 4 en 6 wel verwacht, maar niet voor 5 en 7.
Het leukste probleem was misschien wel opgave 8, een vierzet van Allan Werle uit 1945 en gepubliceerd in Tidskrift for Schack.

Een eenvoudige stelling, met hetzelfde materiaal als de beroemde studie van Réti, maar wel één met een addertje onder het gras maar ook met een twist. De oplossing gaat als volgt: 1. e8T! Er dreigt nu 2. Th8#. Het waarom van geen dame blijkt aan het eind. 1…d1P+! Ziedaar de twist: twee minorpromoties. De tekstzet is de enige om de strijd te rekken. 2. Kg3 Pe3 3. Txe3 Nu blijkt de clou; had wit dame gehaald op de eerste zet, dan was het na 3. Dxe3 pat geweest! Nu is het na 3…Kg1 4. Te1 mat.

De tekst is van Wim Velker, de foto is gemaakt door Jan Snijders, René van Alfen verzorgde de tabel en Lars Slofstra fabriceerde er een geheel van.