Daar er in SOS-verband geen belangstelling bleek te bestaan voor een viertallencompetitie, nam de aloude SGS de organisatie ervan op zich. Hoogland neemt met vier viertallen deel, waarvan het eerste viertal in de Hoofdklasse is geplaatst.
Op papier is het eerste viertal het sterkste kwartet in de hoofdklasse. Op papier, maar in de echte wereld blijken er ook tegenstanders te bestaan, en die beschouwen papier als een voorwerp om je bips mee af te vegen. Na drie ronden leden de onzen reeds twee nederlagen (1 – 3 tegen Paul Keres, 1½ – 2½ tegen ZZC) en de overwinning tegen Hoevelaken (2½ – 1½) was ook niet echt overtuigend.
Door de crisis is het overzicht een beetje weggevallen in de Hoofdklasse doordat de teams niet allemaal evenveel wedstrijden hebben gespeeld. Maar de eerste plaats bereiken zal moeilijk worden. In dit geheel is Harm Verbeek een enorm lichtpunt, met een score van 2½ uit 3. De rest volgt met matige cijfers: Tom Officier ½ – 2, Gert Reichardt 0 – 2, Wim Velker 1 – 2, Eddy Wigmans 1 – 2, William van de Groep 0 – 1.