Bij het jaarlijkse oploskampioenschap van Hoogland heeft Gert Reichardt voor de twee keer de titel veroverd, en niet zomaar. Hij zette de concurrentie op een straatlengte achterstand door 42 van de mogelijke 45 punten te scoren. In de verte vocht debutant Koen Kramer zich naar een tweede plaats met 29½ punt en werd gastoplosser Lars Slofstra derde met 28 punten.
Acht spelers traden aan om de negen opgaven op te lossen. Zoals gebruikelijk hadden zij daarvoor twee uur de tijd gekregen. Bij de meeste deelnemers kwamen de eerste oplossingen tamelijk snel. Wedstrijdleider en opgavensamensteller Wim Velker (ik dus) had namelijk maar liefst vijf tweezetten opgenomen. De reden hiervoor was dat alle negen opgaven prijswinnaars waren op diverse compositietoernooien, en allemaal gecomponeerd door grote Nederlandse componisten. Toen echter de driezetten, meerzet, eindspelstudie en het helpmat aan bod kwamen, ging de snelheid aanmerkelijk omlaag. Het gevolg was dat bijna iedereen de volle twee uren uitzat.
Aan Gert Reichardt leek het geploeter evenwel te zijn voorbij gegaan. Acht opgaven had hij foutloos; slechts op de tweede driezet moest hij punten inleveren.
Dit probleem is gecomponeerd door W. Korteling en ontving in 1920 de tweede prijs bij een toernooi van de Nederlandse Schaakbond. Het is moeilijk te zien hoe en waar wit moet beginnen, maar de sleutelzet is het verrassende 1. Ld3! Enkele spelers hadden deze zet wel op het bord en ook nog 1…exd3. Maar hoe dan verder? 2. Pa6! Wederom een verrassende, die zich moeilijk laat vinden. Het paard beweegt immers weg van de mat te zetten zwarte koning. Echter: 2…Kd4/d5 3. Dc5 mat. Ook op de twee andere mogelijke eerste zetten gaat zwart mat: 1…e3 2. Pf3+ Ke6 3. Le6 mat en 1…Kd4 2.Pxe4 Ke5 3. Df6 mat. Gert gaf de sleutelzet en verdiende daar als enige 2 punten mee.
Ook bij de negende opgave was de nieuwe kampioen de enige in het deelnemersveld die scoorde.
De stelling uit het diagram is gecomponeerd door Henk Weenink, de sterke schaker van het SG Amersfoort, HSG en laatstelijk Soest, die het vorige jaar overleed. Henk maakte meer dan 100 helpmats, en dit is er één van, namelijk een helpmat in vier. Bij een helpmat werken wit en zwart samen om zwart mat te zetten, waarbij zwart begint. De oplossing van dit helpmat is als volgt: 1. Pg6 h6 2. Pf4 h7 3. Pxe2 h8P 4. Pg3 Pg6 mat. Deze compositie verdiende in 2019 een eerste eervolle vermelding bij een thematoernooi van Die Schwalbe.
De geweldige score van Gert zegt natuurlijk niet dat de anderen er niets van kunnen, want ook de scores van Koen Kramer, Lars Slofstra, René van Nieuwenhuizen – ‘titelverdediger’ – en Stephan Paternotte waren zeer acceptabel met alle boven de 50 procent. Jan Snijders daarentegen lijkt zijn ‘touche’ enigszins te zijn kwijtgeraakt.
Verheugend was de deelname van twee jongelingen, Sacha Vucinec en Boris van der Kruk. Zij sloten weliswaar de ranglijst, maar als zij wat vaker oplossen, worden zij beslist beter.
Na afloop reikte voorzitter Stephan de medailles uit aan de nummers 1, 2 en 3 en de GROB (de Gert Reichardt Oplos Bokaal), de wisselbeker voor de kampioen, aan de naamgever zelf.
(De tekst is van Wim Velker, de foto’s zijn gemaakt met het apparaat van Lars Slofstra, de tabellen zijn gefabriceerd door René van Alfen en alles is tot een geheel gesmeed door Lars Slofstra.)